November
Rommel
woensdag, 03 november 2010 21:43 Als aanstormende tiener in het begin van de jaren zeventig was ik helemaal in de ban van ‘Herenleed‘. Armando, Cherry Duyns en anderen waaronder Johnny ‘de selfkicker‘ van Doorn in een soort minimalistisch (Wist ik toen veel wat dat was? Neuh…) maar ook absurdistisch theater. Als je verlaten zandafgravingen waarachter Johnny Duitsland wist, als locatie ‘theater’ zou kunnen noemen dan. En ja, waarom ook niet? Is het maken van theater afhankelijk van pluche en spotlights? Kan een eenzame vliegden geen decorstuk zijn? Een tafel in het zand, het middelpunt van de akte. En dan? Wonderlijk taalgebruik. Misbruik volgens vormvasten. Bij vlagen en even niet opletten niet te volgen mono- danwel dialogen. Dominantie, paternalisme en onderdanigheid in een gestileerde verbeelding van de verhoudingen in een stormachtige maatschappij. Hoe de een het opkijken en de ander het neerbuigende nodig lijkt te hebben. Ik snap er nog niet veel van. Het was de tijd van Wim de Bie, Hadimassa, Kees van Koten, Ton van Duijnhoven, die tegendraads recalcitrant de commercie leek te omarmen. De borsten van Phil had ik allang gemist. 5 jaar was ik. Flarden kreeg ik er van mee. Zijn dit dan herinneringen? Of de rafels van een collectief geheugen die ik gedurende mijn leven stiekem de mijne heb gemaakt. Hoe werkt dat? Het lijkt allemaal een eeuw geleden. M’n leven lijkt nu al zolang te duren. Nutteloze kennis blijft zich opstapelen. Ik heb er niks aan. Laatst aangepast (donderdag, 04 november 2010 15:55) maandag, 08 november 2010 19:10 Het is er weer tijd voor. Ze kunnen tegenwoordig van alles die artsen en onderzoekers. Nog even en er is een remedie tegen AIDS, Een Belgische wetenschapper van de Katholieke Universiteit Leuven in België heeft een manier uitgevonden om rectaal de amandelen te knippen bij kinderen. Hoewel dat volgens mij een dekmantel is om hele andere dingen te doen. Daar gaat het nu niet om. Waar het om gaat dat het fijn zou zijn als iemand nou eens iets bedenkt om een ordinaire verkoudheid te bestrijden. Of, nog beter, te voorkomen. Behalve Mathijs en ik is het hier één snotterende, sniffende en snuitende toestand. De papierkliko vult zich gestaag met zakdoekjes en keukenrol. En ik kan er vergif op innemen dat het een kwestie van weinig tijd is dat ik het ook te pakken heb. Zondag was weer zo’n dag. Zo’n dag die begint met kattenkots, de kinderen vroeg, veel te vroeg, up and running, van die dingen die m’n humeur niet ten goede komen. Wie had dat logeren goed gevonden? Oh ja… ‘Ik’ zei de gek. Ach ja, niet zeiken dus. De klamme lappen probeerden hun greep op me te behouden maar dat ging het niet worden. Laat de dag maar komen. Er was min of meer wel een programma. Jirina had met haar zus afgesproken. Zusjesdingen doen in Dordrecht. Ze was eerder klaar om te vertrekken dan ik. Dus daar gingen we. Toen ik m’n autosleutel, telefoon en MP3′-speler had gevonden dan. Dat gezoek levert wel vaker vertraging op. En ik moest nog tanken onderweg. Maar het was zo rustig op de weg (En ik wist nu hoe ik moest rijden.) dat we een half uur te vroeg voor de monumentale deur van zus stonden. Op zondagochtend. Met m’n eigen meiden op zondagochtend in gedachten… Oeps! Thuis trof ik Agnes in gevecht met een rolmaat en ophangbeugeltjes. En die shutters dus. Ik kon alleen maar in de weg lopen. De hachee stond al lekker te pruttelen. Op zondag komt opa altijd eten en dan maken we meestal iets klaar waar je normaliter door de week niet aan toekomt. Suddervlees en dat soort slowfood-achtige dingen. Muziekje erbij. Waarom Frank Sinatra niet voor niets ‘The Voice‘ werd genoemd en dat Roger Waters een matige bassist en een beroerde zanger is maar waarom hij dan toch goede muziek heeft gemaakt. Zo’n zondag was het. |
Prik mij maar lekvrijdag, 12 november 2010 00:09 Gistermorgen. Zes uur. En een beetje spijt dat ik m’n GSM, waar de software het van had opgegeven, – Een telefoon is ook geen speelgoed. – weer aan de praat had gekregen. Ik lag net zo fijn te slapen toen m’n agenda begon te piepen. M’n dekbed deed flink moeite me in haar greep te houden maar dat had geen zin. Normaal gesproken had ik er met liefde aan toegegeven maar ik moest al om acht uur op de chirurgische dagbehandeling van het EMC zijn voor een lumbaal blok. Wie weet de oplossing voor mijn mobiliteitsprobleem. We hadden opa gereserveerd om op de kinderen te passen zover die al niet op school waren. Voor de gelegenheid en het gemak later die ochtend hees ik me in trainingsbroek en sweater. Nog even zitten en mentaal voorbereiden. Agnes smeerde een paar broodjes om mee te nemen en deed ook twee flesjes spa in haar Hospital Survivalbag. Tegen zevenen kroop ik achter het stuur met Agnes naast me. De hoofduitgang van Hellevoetsluis, de Kanaalweg-Westzijde, stond al vanaf het centrum vast. De hoofdverbinding met de de Stadsregio. Verkeerde keuze. Dan maar over de N57, de zijdeur, die meestal ook vast staat. Al met al zaten we al een half uur op de weg en we waren het eiland nog niet eens af. Handsfree belde ik het ziekenhuis. Dat soort nummers in je telefoon paraat hebben is dan toch handig. Maar liever niet. Eenmaal over de Brielse Maas was het plots redelijk rustig. Vooruit, iets meer gas dan gebruikelijk, hier en daar niet zo heel netjes invoegen, en waarempel; We waren maar tien minuten te laat. Waarom ze computers hebben in dat ziekenhuis? Ik heb werkelijk geen idee. Ik heb inmiddels een e-dossier dat onder de hand toch wel gauw een terabyte schijfruimte op de Erasmusservers in beslag neemt. Maar nee hoor; Nog voor ik op een bed lag was me de hemd al van het lijf gevraagd. Ik begin tegenwoordig maar gelijk m’n patiëntennummer te roepen, maar dat had geen zin. ‘Hoe heet u? Wat is uw geboortedatum?‘ – Nou ja, dat lijkt logisch. – ‘Bent u nuchter?‘ – Om acht uur ‘s morgens? – ‘Gebruikt u medicijnen? – Tijd om het keurig gelamineerde lijstje op tafel te leggen. – ‘Heeft u die allemaal ingenomen? En die prednison ook? Die krijgt u zo ook nog ingespoten hoor. En waar is CellCept voor? Er staat hier dat u bloedverdunners gebruikt. Daar bent u toch wel vijf dagen mee gestopt?‘ – Nee, maar daar denkt iedere arts toch anders over; De ene chirurg wil dat je één dag stopt en de andere na tien. Ja, ik vind het goed en eerlijk gezegd was ik het gewoon vergeten en dus maar drie dagen gestopt. Dan gaat het snel en in een poep en een zucht (van mij die laatste) was het gepiept. Nou ja. Vorige keer in het Clara ging het rapper. Evn voorover zitten, mikken en als een goede Co Stompé-immitator jaste de anestesist een naald in m’n ruggemerg. 180!! Voor de zekerheid hielden ze me toen wel een uur aan de monitor. Deze keer ging het onder doorlichting en duurde het wat langer. O, en een van de geleerden ontdekte m’n medische geschiedenis en maakte zich, te laat, zorgen over het niet innemen van de acetylsalicylzuur. Het deed even zeer toen er bot geraakt werd, hoorde erbij, maar verder viel het erg mee. Laatst aangepast (vrijdag, 12 november 2010 01:14) Break Downdonderdag, 18 november 2010 20:56 Een afgeleide van de Wet van Murphy: ‘Alles wat stuk kan zal ook stuk gaan.’ Zoiets dan toch. En dan moet je het maken of nieuw kopen. Of je krijgt het nieuw maar dan werkt het nieuwe niet met je ouwe spullen. Als werkeloze met 2 à 3 inwonende kinderen moet je tegenwoordig toch wel beschikken over minstens een digitale televisieaansluiting voor op de flatscreen in de huiskamer, een versterkertje voor het analoge signaal voor in de slaapkamers en als het kan ook nog een decoder met ingebouwde digitale recorder. En da’s natuurlijk handel! Voor kabelaar UPC. Toen we gingen samenwonen nam Agnes haar mediabox met bijbehorend sjieke abo mee naar ons hutje. Leuk geregeld, half jaartje overbodig maar toch gratis (?) Filmnet erbij en iedereen blij. Maar goed. Mijn probleem kon opgelost worden. Moest ik wel voor € 50,– bij UPC een nieuwe antenneversterker kopen. Eentje die ook het retoursignaal voor interacctieve diensten zoals ‘Uitzending Gemist’ (Wat ik persoonlijk wel kan missen.) kan verwerken. wel zelf even naar Rotterdam om hem in de UPC-winkel te halen. Dat gaan we niet doen. Op internet zijn ze goedkoper te krijgen en dan zijn ze nog beter ook! Maar eigenlijk is het natuurlijk gewoon schandalig. De oude decoder draait nu dus nog. En wij ook. Dóór! Laatst aangepast (zaterdag, 20 november 2010 13:26) Mellowzondag, 21 november 2010 20:04 Voor het eerst. TV-programma’s kijken die we zelf willen. En zonder het volume op gehoorgestoord te hoeven zetten om ze ook te kunnen volgen. En geen schreeuwend nagesynchroniseerde Disney-rotzooi. Geen Sinterklaasjournaal. – Nou, oké… dat kan nog wel. Diewertje Blok is toch ook niet vervelend om naar te kijken. Dus vooruit. – Tijd voor bloederige horrorfilms en een indringende thriller over jongelui in internet-chatrooms. (Chatroom. Aanrader! Kijken met je puber!) We wilden ook nog wel een natuurfilm kijken maar die was niet voorhanden. Iets met pinguins of zo. Die ligt nog bij Eric van Iris thuis. Dan bij het ontbijt met de left-overs van de Chinees maar The Flintstones. Ook leuk. Vond Agnes. Langer dan tien minuten naar het winkelcentrum of de markt zonder gebeld te worden met de vraag hoelang we nog wegblijven of in geval van mee’winkelende’ jeugd hoelang het nog duurt voor we naar huis gaan en daarom heel relaxt koffie drinken bij La Place. – En dan concluderen dat de koffie bij ‘t Verschil toch lekkerder is. En het uitzicht leuker. Om dit even compleet te maken; Bij de HEMA zou je eigenlijk helemaal geen koffie moeten willen drinken. Maar dit terzijde. Trouwens; Mijn koffie wel eens geproefd? HA! Ongegeneerd en zonder risico een kind tegen het lijf te lopen gewoon in m’n blote kont uit bed en naar de douche. Of de WC. Of de keuken om iets te drinken te pakken voor in bed. Of herrie maken in bed. (uhhhhhh…..) Nou ja, we zijn toch grote mensen hier en het is toch lekkerder je seksleven opleuken zonder kinderen in huis. Tenzij je dan de kinderen thuis laat om het ergens in het donker op een afgelegen parkeerplaats in de auto te gaan doen. Wat natuurlijk, gezien mijn huidige lenig- en beweeglijkheid, niet tot een spetterend besluit zou leiden. Dat de brandweer moet komen om me uit het voertuig te knippen. En daarbij stop je makkelijker je beddengoed in de wasmachine dan je autobekleding. En tsja… dan nog het risico dat je binnen 10 minuten gebeld wordt met de vraag wanneer je komt… (Naar huis bedoel ik.) Maar vooral de rust en even alle tijd en aandacht voor alleen elkaar. Voor het eerst uit eten. – In de Hooghcamer, het restaurant waaar Gaby werkt. – We kwamen eindelijk eens toe aan wat dingen die je anders doet als je net verkering hebt. En gewoon ook helemaal niets doen. Het was een lekker weekend. Logeervrienden en -vriendinnen bedankt. En hé; We waren ook weer blij toen we de kinderen weer hadden opgehaald bij de logeeradressen. Want rust is fijn. Maar het was wel erg stil. En vreemd ook. Dan mis ik dat gespuis toch. Morgen is het maandag en gaat alles weer z’n drukke gang. School, afspraken, de boodschappen. |