Februari

3 februari 2012 0 Door robzter

Calling Elvis

woensdag, 29 februari 2012 22:00

image.aspWaarom worden telecomwinkels, die waar ik kom dan, bemensd door goedbedoelende doch niet heel erg ter zake kundige kinderen? Om het beeld te bevestigen dat telecomboeren hun klanten minachten? Nou, dat werd er bij mij weer eens flink ingewreven. Het overkomt ons allemaal op een dag. En die dag vrezen we. Allemaal. De dag dat je mobiele telefoon de pijp aan Maarten geeft en je er mee naar de winkel moet. Je probeert eerst zelf nog het een en ander. Vermits je op internet in een of ander forum lotgenoten kunt vinden die gebukt gaan onder hetzelfde leed.
Als dat niet helpt rest er slechts een diepe zucht van verslagenheid en een gang naar het winkelcentrum. Het overkwam mij vorige week. M’n Samsung hield het voor gezien. Een softwarefout. Het besturingssysteem beschadigd na een niet helemaal vlekkeloos verlopen firmware-update. Ergens in een Linux-scherm werd een corrupt bestand vermeld. Allerlei applicaties, waaronder m’n navigatie en toetsenbord wilden niet meer verder. Terugzetten naar de fabrieksinstellingen ging niet meer, er moest een hele nieuwe ROM geflasht worden. Alle software er dus af en nieuwe erop.
Maar ja, ga dat nou maar eens aan zo’n wichtje in de winkel uitleggen. Linux? ROM? Firmware? Harde reset??? Haar ogen werden steeds groter, anders pasten de vraagtekens er niet in. Ze frummelde nog wat en opende wat menuutjes. ‘Hij doet het toch gewoon?’ – Denk blond! er zelf even bij. – ‘Nee, hij doet het echt niet. Doe nou maar gewoon laten doen wat ik gevraagd heb.‘ Dus daar was laatst een meisje loos deed het apparaat dan toch maar opsturen. Dat was vorige week woensdag.

Vandaag, weer woensdag, was het toestel al wee terug. Dat kan toch niet, zou je zeggen. Nee, dat kan ook niet. ik haalde het ding op, nam het mee naar huis en… er was gewoon gen zak mee gedaan. Er stond een SMS-bericht in met MMS-gegevens voor T-Mobile. Ik heb een Hi-abo! Navigeren ging nog steeds niet en de user dictionary stond nog vol met door mij ingevoerde woorden. Het toetsenbord deed het ook niet naar behoren.
Wie er dan ook met z’n tengels aanhad gezeten die had er niet veel aan gedaan en niet veel verder gekeken dan z’n kleine pikkie lang was. Nee, hier had ik zin in. terug naar de telecomhel. Nu stonden er twee jongetjes achter de balie. Weer legde ik uit wat er aan de hand is en hoe het probleem is op te lossen. En weer werd er zin- en nutteloos gefrunnikt, moest ik de blaag nog even uitleggen hoe je het toestel ook met de hardwareknoppen zou kunnen resetten. ‘Nou, hij doet het hoor! Kijk maar; hij boot’ Ja, hij boot, dat had die Linuxmelding ook gezegd: ‘Fout bestand gevonden maar ik ga wel booten. De mazzel, zoek het uit.’ Vrij vertaald. Ja, wat denken ze dan? Dat ik gisteren uit een ei ben komen kruipen. Heel dat toestel is de winkel niet uitgeweest. De pot op.

Nou ja. Ze zouden de telefoon weer opsturen. op goed geluk. Ik stapte in m’n auto en reed de honderd meter naar een parkeerplek bij de Albert Heijn. Zo moe was ik ervan.

 

Revahahahalidatie

dinsdag, 28 februari 2012 22:09

Ja, daar ben ik weer. Wegens omstandigheden waar ik nu maar niet meer op in zal gaan, kwam ik een hele tijd niet tot posten op mijn blog. M’n gezonheid was één van die redenen. En laat dat dan een onderwerp zijn waar ik het maar weer eens over moet gaan hebben. Er staat me weer een boel te wachten onder de noemer ‘revalidatie’. Revalidahahahahahatie! Goh, ik ben er kapot van.
Na een hoop omzwervingen langs allerlei ziekenhuizen om nu eindelijk eens van de, inmiddels als chronisch gekwalificeerde, pijn af te komen. Gevlucht uit het Maasstad Ziekenhuis in Rotterdam voor de beruchte klebsiella-bacterie kwam ik terecht in Zeist, in het Diakonessenhuis, en daar implanteerde men dan eindelijk een neurostimulator. Hèhè… eindelijk. De rolstoel kon in het schuurtje. Voorlopig dan. Van echt verrre wandelingen, dagjes pretpark of dierentuin zal op eigen benen waarschijnlijk geen sprake meer zijn. Dus dat hulpmiddel komt ooit wel weer eens voor de dag.
Maar goed, weer maanden later kon ik terecht in revalidatiecentrum Rijndam in Rotterdam. Met uitzicht op het Dijkzigt. Revalideren dus. Wat niet inhoudt dat de pijn zal verminderen maar wat wel zicht bied op optimaal functioneren aan het eind van het twaalf weken durende traject. Weer bewegen, binnen tamelijk stricte grenzen, die ik dan ook zelf moet leren aangeven, nadenken over wat ik doe en hoe ik het doe, gesprekken met de gebruikelijjke -logen en -gogen, de revalidatiearts. En dat alles twee maal per week en onder één dak. In dat laatste schuilt het grote voordeel.

Inmiddels is het alweer eind februari en zit ik in de derde week van mijn revalidatietraject. En ik moet zeggen dat het zwaar is. Behoorlijjk pittig. Niet slechts het weer in beweging komen, maar ook de praatsessies. Gelukkig klikt het wat mij betreft goed met de behandelaars want daar was ik in eerste instantie wel wat huiverig voor. Heb ik die klik niet en heb ik het idee dat er niets toegevoegd wordt dan kan ik behoorlijk in verzet gaan. Daar heb ik dan niets aan, maar zo werkt dat een beetje bij mij. Dn, dat gaat dus goed.
Vanmorgen, tijdens een evaluatie met arts en behandelaars, bleek dat de klik wel wederzijds is. Het team was zeer te spreken over mijn inzet en betrokkenheid. Ja, wat anders? Het gaat om mijn eigen welzijn. En gezondheid. Na nog wat uitleg mijnerzijds over de neurostimulator – Hoewel ik anders dacht bleek dat ik zo’n beetje de eerste ben die ze met dit apparaat onder handen kregen. – en de beperkingen die een harttransplantatie – Ook nieuw, blijkbaar. – en inherent medicijngebruik met zich meebrengt, kwam toch wel boven water dat mijn casus toch wat complexer is dan die van de de gemiddelde cliënt. Als er zoiets als dat laatste bestaat.

Als gevolg van de medicatie herstel ik slecht van inspanningen, peesontstekingen liggen op de loer, ik slaap slecht waardoor ik vrijwel constant moe rondloop, spierweefsel wordt sneller afgebroken dan ik het op kan bouwen en dan is er ook nog mijn overgewicht. En voor een verder gezond mens is chronische pijn al slopend.

Vandaag had ik mijn eerste geheel gevulde dag. Er zitten wel wat ruimtes in het rooster voor pauzes maar het was eigenlijk te zwaar. Gelukkig is er over nagedacht cliënten in de dagbehandeling in de gelegenheid te stellen in een daarvoor speciaal ingerichte ruimte met bedden uit te rusten. Eigenlijk had de revalidatiearts me intern willen hebben. Daar voelde ik niet zo veel voor. Tussen de bedrijven door ben ik dus lekker een uurtje gaan liggen. MP3-speler aan om de depressieve, door prins Coma geobsedeerde, buurvrouw die gelijk over haar twee dode, waarvan één door zelfmoord, opgehangen, echtgenoten begon (Wil ik dat allemaal weten?) te ontkomen en aan wie de kreet ‘Het leven is wél leuk‘ niet besteed was.

Tot nu toe ben ik goed te spreken over het in Rijndam gebodene. Ik heb goede hoop dat ik er niet genezen maar wel beter vandaan kom als ik over een maand of twee klaar ben. En het daarna zelf in stand houden. Ik ga ervoor. Twee keer in de week naar Rotterdam.