April

3 april 2008 0 Door robzter

11 April. Broertje jarig. Zonnetje. Korte broek. Vandaag in het kort.

Vooruit, iets langer dan. Heintje Davids verbleekt bij mij, gezien het aantal come-backs dan. Hier ben ik dan weer.
En inderdaad, vanochtend bij het uitzoeken van kleding voor de dag trof ik een surfshort aan. Vast een hele oude want ik heb al jaren niet op een surfplank gestaan. Bij dat ‘windsurfen’ moet je je niet al te veel voorstellen; meer dan een beetje dobberen op een keukendeur met een zeiltje is het nooit geworden.

Wat niet wegneemt dat ik na het douchen fijn in het zonnetje zat op mijn ligbedje, in ruil voor een bakkie koffie opgezocht en uitgeklapt door Cees. Krantje en een dubbele espresso erbij. Wat een kutleven!
Nou ja, tot voor eeen paar dagen vond ik het ook echt een kutleven. Ik zat slecht in mijn vel. Het ging fysiek allemaal wat moeilijker en dat maakte mijn perceptie van het leven er weer niet vrolijker van. Het gaat gewoon allemaal niet zo soepel meer.
Ik heb weken slecht geslapen. Niet ‘s nachts en ook niet overdag kon ik de slaap vatten. Op een gegeven moment was ik zo moe dat ik ervan ging hallucineren. Da’s eng hoor!
Natuurlijk waren er genoeg leuke dingen. Anders houd ik het niet vol. Leuke dingen. Het begint nu op therapie te lijken; benoem de leuke dingen die je hebt meegemaakt. Om Iris en Gaby blijf ik altijd lachen.

Zitten we rustig in de kamer TV te kijken, Iris zit achter de computer en iemand laat een keiharde scheet. Iris:’Heeje… we zijn hier niet in Marokko hoor!’ Sindsdien is dit een gevleugelde kreet als er iets niet door de beugel kan. Oké, de opmerking zelf kan ook niet door de beugel. Who cares!

Een van de paarden van zus Caroline heeft een veulen geworpen. Daar zaten we al een hele tijd op te wachten.

We hebben een nieuwe huisarts (hoera!) die zich vaker laat zien dan de vorige. Een leuke kerel ook. Een goede huisarts is goud waard hoor.

De rottigheid laat ik maar zitten. Dat hoort er gewoon bij. Ik leef nog. En misschien wordt het weer leuk.

Een dag als deze, en gisteren ook, met een zonnetje en zo maakt weer een boel goed. Samen met Iris ben ik zelfs even een boodschapje gaan doen. Wandelen naar de MCD. Dat was zo wel alles voor deze dag. Morgen is het weekend. En zien we weer verder. Ik ga er in ieder geval weer voor.

Groetz.

 

12 april 2008

Een geslaagde dag. Ja, zo kan ik vandaag wel noemen. Twee achtereenvolgende nachten heb ik eindelijk weer eens goed geslapen. Hoe dat voelde, kon ik me al bijna niet meer voorstellen. Nou, eerst maar een kopje thee gevolgd door een frisse douche. Liever had ik nog wat doorgeslapen maar ik verwachte bezoek; Richard en Anja.

Van koffie drinken kwam niet veel. Geen koffie in huis. Gaby had dat wel gekocht maar de verse pads had ze bij Marcel in de auto laten lliggen.Flexibel als altijd veranderden we de plannen. Op naar het winkelcentrum. De zon scheen en R&A moesten toch nog boodscahppen doen. Ik ook, dus dat kwam mooi uit.

Zodoende kwam er toch nog koffie op tafel. Op een tafel van ‘Het Verschil’ dan. We lieten de cafeïne zijn werk doen en zetten koers naar de supermarkt. Onderweg daar naartoe scoorde ik een korte broek bij mijn favoriete modezaak. Nu heb ik wel vier broeken die ik pas. En van één daarvan ben ik niet zeker.
In combinatie met de shirts die ik van mijn broer en zus heb gekregen ben ik klaar voor het mooie weer dat ongetwijfeld gaat komen. Lang leve de global warming. Dat zal toch mijn tijd wel duren. Wacht, even de verwarming wat hoger zetten. Dat helpt.

Geheel gesloopt brachten Richard en Anja me weer thuis met mijn boodschappen. We gingen draadjesvlees met bloemkool eten en inmiddels was het later geworden dan ik dacht. Niks uitrusten. Snel gooide ik het vlees met toebehoren in de pan. De kinderen deden later de rest.

Terwijl het avondmaal als vanzelf in orde kwam, rustte ik even uit. Dat had ik wel verdiend. Na het eten waren alle pannen leeg. Lekker was het. De kinderen gingen na het eten bowlen. Zo had ik rust om dit stukjje in elkaar te flansen. Lekker in bed. Hopen dat ik weer zo lekkker slaap.

 

Maandag 14 april 2008

Zo, maandag. Op de vraag van Anja en Richard (zie gastenboek) kan ik kort en bondig antwoorden. Niet dat ik dat doe hoor. Nee laat mij maar even. Ik had het toetsenbord zaterdagavond nog niet weggelegd of ik werd door slaap overweldigd. Een slaap met korte onderbrekingen omdat bepaalde lichamelijke functies toch doorgaan. Een slaap waaruit ik vandaag eigenlijk pas echt ontwaakte. Of ik moe was? Neûhh… viel reuze mee.
Over Richard en Anja: ein-de-lijk hebben ze bericht gekregen dat ze gematcht zijn met een adoptiekindje. Je kunt nog beter op een hart wachten.

Nog beter kun je lekker in het zonnetje zitten. Dat lukte vandaag weer aardig. Maar niet voordat ik met Cees boodschappen had gedaan. Alhoewel, zo in m’n rolstoel zat ik natuurlijk al lekker in het zonnetje. Cees had zijn jas maar uitgedaan, hij kreeg het een beetje warm van het duwen. Zoals gewoonlijk was ik mijn boodschappenbriefje vergeten. Vandaar dat we op goed geluk door de super crossten.

Bij de kassa was het een waar gedrang en getreuzel van allerlei gehandicapten in hulpmiddelen. Dat schoot dus niet op. Maar ja, echt haast hadden we niet. Al snel vlogen de grapjes over en weer waardoor alles nog langer duurde. De mevrouw in de scootmobiel, Cees en ik hadden het wel naar ons zin zo. De mensen achter ons ecchter niet. Ik vond het bijna jammer dat ik mijn pincode in één keer goed intoetste.

Eenmaal weer thuis was Cees heel erg moe en zo ploften we in de tuinstoelen om even uit te puffen. Daar was niks mis mee. Het gesprek kwam op de thuishulporganisatie die mij van de nodige ondersteuning voorziet. Careijn. Die ‘organisatie’ heeft nu de stichting MEE uit de gemeente weten te werken. Laat ik daar maar niet over uitwijden. Cees, Rita en Wies (buddies) deden hun werk vanuit MEE maar zijn nu ingelijfd door Careijn.

Bij Careijn werken waarschijnlijk heel goede medici. Ik kreeg namelijk een van grammaticafouten vergeven brief van C. (ik kan de naam niet meer uit mijn bek krijgen, laat staan opschrijven) dat ik, hoezee, niet meer terminaal ziek ben. In eerste aanleg kon ik wel juichen.
Verder lezend werd mijn enthousiasme een stuk minder. Omdat ik niet meer terminaal ben, kom ik niet meer in aanmerking voor vrijwilligershulp van de huidige mensen en tussen neus en lippen door wordt me aangerekend dat ik gesjoemeld heb met declaraties. Hoezo dat laatste? Ik kon helemaal niets declareren! Zijn ze wel helemaal goed?

Mijn trio buddies en de werkende mensen van C. blijven altijd welkom, maar C. douwt z’n vrijwillige hulp maar ergens waar de zon nooit schijnt. Levert ze natuurlijk geen geld op! Zo kan de manager van de vrijwilligers betaald worden. Lekker budgetneutraal. Er komt een dag dat er bij C. alleen nog maar managers managers managen.

‘Jongens, wie gaat er over de zorg?’ Het blijft stil aan de vergadertafel.

Als het zo moet hoeft het voor mij niet meer. Laat ze lekker zelf een leuke hart- of vaatziekte krijgen! Gezeik heb ik al genoeg.

Cees was het helemaal met me eens. Je zou je bijna schamen om namens zo’n bedrijf iemand te komen helpen.

Om stoom af te blazen begon Cees maar met koken. Pasta met zalm. Die hebben Gaby en ik lekker opgegeten. Het was toch een leuke dag. Ik laat mijn bui niet verzieken door een stelletje kantoorpatatjes!

 

Dinsdag 15 april 2008

Voor vanochtend stond er een afspraak met Dr. Balk in mijn agenda. En al tamelijk vroeg. Gisteravond hoopte ik dus op een fijne nachtrust. Dat kon ik dus mooi vergeten. Door de pijn en onrust in mijn benen werd het weer een nacht van ronddolen door de woonkamer. Slapen, ho maar. Godver.
Voordeel: ik was op tijd uit bed, nog voor de wekker ging. En waarom? Omdat mijn rechterbeen domweg pijn doet, mijn linkerbeen denkt dat het ongecontroleerd en op elk gewenst tijdstip, bij voorkeur als ik in bed lig, een beetje zijn eigen gang mag gaan en mijn voeten aanvoelen alsof ze in de vriezer liggen.
Nee, zo kan ik de slaap echt niet vatten hoor. Het viel dus mee dat ik me niet als een konijn voelde toen Fred me op kwam halen om naar het Dijkzicht te gaan. Maar Fred ging echt niet rijden. Mijn chauffeur had een chauffeur bij zich, dochter Alex. Tja, luxepaarden moeten er ook zijn. Maar daar is Fred er geen van. Zijn ICD had geklapt. Even niet autorijden dus.

Carpoolen naar het ziekenhuis dus. Fred om zijn ICD uit te laten lezen, ik voor mijn tête a tête met Dr. B.

Amper had ik koffie uit de automaat in de wachtkamer genomen of ik was al aan de beurt. Dat schoot tenminste op. Ja. Nou alleen nog de ICD van Fred uitlezen. Ja! En bloed afnemen en bij de dokter naar binnen, ECG draaien. En weer bij de carddioloog naar binnen. Het was twaalf uur geweest toen we de thuisreis konden aanvaarden en we waren er al voor half tien..
Poliverpleegkundige Ellen was me al een paar maal komen vragen of ze even een bedje voor me moest regelen zodat ik even kon liggen. Stoer: ‘Nee hoor.’

Ik was gebroken. Met de METRO probeerde ik even mijn zinnen te verzetten. ‘iNSIGNE VOOR SOLDATEN DIE GEVOCHTEN HEBBEN.’ kopte het boven een artikel. Jee, hadden we dat in mijn diensttijd maar gehad. Ik heb wat vechtpartijen achter de rug. Met als enig resultaat, naast een blauw oog of zo, dat ik op rapport geslingerd werd. Insigne. Weer een weekend achter de wacht.

Dat heeft er ook weer niets mee te maken.

Eenmaal thuis was ik helemaal gesloopt. En daar zat Maarten. Gelukkig, kon hij nog net even mijn been befysioterapeuteren. Na een half uurtje liet hij me voor dood achter. En veel leven kwam er niet meer in.

Ik voel me nog beroerd, om negen uur ‘s avonds. Zal ik ook wel weer niet slapen. Morgen dus een kutdag in ‘t verschiet. Positief blijven hè! Yeah, right!

Woensdag 16 april 2008

Om wat te klagen te hebben wil ik nog even terug naar gisteravond. Mijn hemel wat was ik beroerd. Rillend en lillend zat ik op de bank. Ik voelde me bizar moe, zo moe dat ik me geen raad meer wist. Iris maakte een heet voetenbadje voor me en Gaby installeeerde de electrische onderdeken weer op mijn bed. Dekenttje op stand 3 en snel in bed. Wat was ik blij dat ik het eindelijk een beetje warm werd.

Het was allemaal wel weer een beetje mijn eigen schuld. ‘s Midddags had ik ook nog uitgebreid staan koken. Doodziek voelde ik me. Wat een lul ben ik eigenlijk.

Vandaag stond dus in het teken van rustig aan. Heel rustig aan. Gelukkig had ik vannacht goed geslapen zodat ik de dag in redelijke staat kon beginnen. Om twee uur ‘s midddags.

In gezelschap van Rita bracht ik de middag door. Zij hielp me ook met koken. Balletje, andijvie, aardappeltje.

Dat was het zo’n beetje. Morgen hopelijk meer.

 

Donderdag 17 april 2008

Een dag als alle andere. Een dag als vele andere. Oké, elke dag is bijzonder op zijn eigen manier. Deze donderdag begon veelbelovend. Van Wies kreeg ik een SMS-je dat ze ‘s midddags zou komen, met de hulp en de wijkverpleegster was het gezellig koffiedrinken en ik heb zelfs gedoucht.

Echter, op elke dag zit wel een smetje. Een vogelpoepje op een nieuw zwart jasje. Mw. Mooibroek belde naar aanleiding van de brief die ze me gestuurd had. Eindelijk had ik een beetje gezonde bloeddruk want die steeg aardig. Ik heb geprobeerd haar eens duidelijk te maken wat ik van de gang van zaken vond maar werd geheel niet serieus genomen door de bazin van de vrijwilligers.

Wie hier een touw aan vast kan knopen is een genie of moet zich na laten kijken. Wie helpt me uit de brand?

En ik had me nog zo voorgenomen er niet boos om te worden. Niet gelukt. Dat zat er ook wel in. Nou ja, het was eigenlijk wel lekker ook om me even lekker op te winden. Anders kabbelt alles maar een beetje voorbij. Maar ja, als iemand gaat proberen zijn of haar eigen straatje schoon te gaan vegen dan krijg ik een heel naar kriebelig gevoel. Dus mw. Mooibroek; bedankt voor een leuke onderbreking van de dag.

Na dit verzetje kwam Wies binnen. Even een bakkie koffie en toen lekker in het zonnetje naar de buurtsuper. Vandaag had ik geen zin om echt te koken. Een salade met stokbrood moest het maar worden. Een smakelijke kruising tussen een Waldorfsalade en coleslaw. Met maar één dessertlepeltje mayonaise in de yoghurtdressing. Gezond dus. En om je vingers bij op te vreten.

Wies deed al het hak-, snij- en raspwerk zodat ik de boel alleen nog maar hoefde te assembleren. Het uitje naar de winkel en het gezelschap hadden me goedgedaan. It has been another fine day.

 

Vrijdag 18 april 2008

Get a life! Dat gaat heel even niet lukken. Een beetje geduld. En ja, wat doe ik dan? Dan zoek ik vertier. Zodoende liep ik de gewraakte brief van Careyn nog eens langs.
Niet voor de inhoud maar voor de vorm. En een beetje voor de inhoud. Ik vind het nog steeds een warrig verhaal. Lees even met me mee. De spelfouten laat ik maar even voor wat ze zijn.

Alinea 5, eerste regel: Aanstaande maandag, in de toekomst dus, ZOU u gebeld WORDEN. Dat laatste is dan weer voltooid verleden tijd. Ja, altijd lastig.

Alinea 6, regel 2: Er gaat iets gebeuren maar eerst moet er een afspraak nagekomen worden. Wat dat voor afspraak is, blijft onduidelijik.

Alinea 7, regel 1. Mijn persoonlijke favoriet: Iedereen is vrij om mij op eigen initiatief te bezoeken. Nou, ik vind het fijn dat al mijn vrienden en kennissen en andere mensen die toch toevallig in de buurt zijn bij mij op bezoek mogen komen. Bedankt Gretha. Er zit echter een adddertje onder het gras; bezoekers krijgen geen vergoeding meer van Careyn. En ik maar denken dat jullie me aardig vonden. Ammereet! Jullie werden er gewoon voor betaald om me te bezoeken. Fijne vrienden!

Wil ik alleen nog even het surplus aan komma’s vermelden.

Goed, nou ben ik er wel een beetje klaar mee. Ik zou Careyn alleen willen aanraden schriftelijke communicatie voortaan over te laten aan een eerstejaars VMBO’-er met een taalachterstand.

Verder was het vandaag gewoon een kutdag. Ik heb weer de hele nacht geen oog dichtgedaan. Daarvan was de koelkast flink de dupe. Om over de voorraadkast maar te zwijgen. Vanmorgen telde de weegschaal dapper door tot 96,5 kg waar hij gister niet verder kwam dan 93,1. Sorry nieren. Dan maar wat meer diuretica.

Mijn benen doen zeer, mijn knieën en enkelgewrichten ook en ik ben zo moe als een hond. Nee, als een heel asiel met honden. Echt weer zo’n dag dat ik het werkelijk even niet trek.

Met op voorhand mijn oprechte excuses voor eventueel gemaakte taalkundige fouten* toch mijn cordiale groeten,

Rob

* Er is iets mis met de spellingcontrole.

 

Maandag 21 april 2008

Wat je wel moet doen als het mooi weer is;

* Op tijd opstaan
* Snel de kussens in de tuinstoelen leggen
* Je van koffie of thee laten voorzien
* Lekker lui in de zon gaan zitten

Wat je niet moet doen als je Amiodaron gebruikt;

* Daarna in slaap vallen

De schade valt gelukkig mee. Een beetje rood, zoals een Engelsman op vakantie die zich zo uit de transferbus op het strand van Salou neer laat vallen en daar tot zonsondergang blijft liggen. En het doet helemaal geen pijn hoor. Je moet wat over hebben voor een lekker kleurtje.

Niet verkeerd hoor; ligbedje, glas ijswater binnen handbereik en een van dochterlief gekaapte iPod. Petje op mijn knar en genieten maar. Wat een leven. Hier zou ik wel aan kunnen wennen.

Dat ik naar de tandarts moest was een donker wolkje. Alles voor het goede doel. Zullen we maar zeggen.

Gaby mocht het genoegen smaken mij naar de slachtbank te rijden. Achteraf viel het reuze mee. Goede tandarts. Na een half uurtje stond ik weer buiten. Compleet met een offerte voor het nodige hekwerk dat in mijn mond moet verrijzen.

En mijn gewicht doet ook weer gek. Het gaat met kilo’s tegeelijk op en neer. Een extra plaspil dan maar weer. Waardoor de hele tijd moeten zeiken. Al met al toch een vermoeiend dagje. Morgen ga ik echt uitrusten.

 

Woensdag 23 april 2008

Ja hoor… het zal meer dan een paar dagen mooi weer zijn. Regen. Niet getreurd; die paar mooie dagen kun je maar te pakken hebben. Dat ik vandaag tamelijk versleten was, had ik van te voren kunnen bedenken. Dat had ik dan ook wel gedaaan. Dus deze tamme dag heb ik dus maar geaccepteerd.

Gister had ik een topdag. Wel wat druk maar dan gaat de tijd lekker snel. Na een goede nachtrust werd ik om een uur of tien gewekt door de tromboseprikmevrouw (iedereen loopt hier maar binnen) die wat bloed van me wilde. Jammer dat ze me daarvoor niet lekker in mijn nek bjt.

Even daarna was het tijd voor een bakkie koffie met zuster Margret. En douchen na wat nadenken. Toen dat achter de rug was, werd het hoog tijd om de tuinstoelen van kussens te voorzien. Krantje erbij. Wat een rotleven.

De rust was van korte duur want voordat ik in de gaten had kwam de fysio de tuin in lopen. Tijd om mijn rug te laten masseren. Nee, dat is niet lekker! Dat doet zeer. Toen Maarten klaar was met mijn rug verbouwen vistte hij de parasols voor me uit de schuur en zette deze voor me op. Toch wel warm in het zonnetje.

Gaby kwam thuis en overzag het schouwspel in de achtertuin. ‘Zo, beroepswerkloze! Lig je daar weer een beetje te luieren?’ Beroepswerkloze. Een peuk en een pijpie pils en het beeld zou ccompleet zijn. Daar wist Gaby wel raad mee. Daar kwam ze al met de nodige requisieten. En haar camera. Daar ben ik weer lekker klaar mee.

Gaby was wel zo lief me daarna mee te neemen naar het winkelcenttrum. Dat kwam mooi uit omdat ik dringend naar de opticien moest. Ik was in slaap gevallen met mijn optische hulpmiddel en er blijkbaar een wilde nacht van gemaakt. Dat moest ik toch even laten rechtzetten.
Om alleen een bril te laten repareren onderneem ik natuurlijk geen expeditie. Er moest ook nog eten op tafel komen waarvoor wat boodschapjes te doen waren. Maar dat niet voordat we op een muurtje het zonnetje en een ijsje genoten. Softijs is eigenlijk een nono maar een kinderijsje vond ik nog wel kunnen.

Na bij Appie spulletjes voor een prakkie andijvie met een balletje gescoord te hebben waren we ruim op tijd terug voor de visite van Betty, de assistente van de huisarts. Terwijl we zaten te praten over mijn medische wederwaardigheden werd er op het raam geklopt. Het is hier een gekkenhuis. De kapster! Tijdens het knippen bepten we gezellig door. Ik ben dus weer kort.

Tussen de bedrijven door had ik mijn balletjes al gedraaid en die lagen inmiddels lustig te pruttelen in de jus. Iris schilde de aardappeltjes en de andijvie was diepvries. The finishing touch kwam van Iris. Lekker eten. Samen met Sandra, die kwam eten, reed ik nog even naar de buurtsuper voor een roseetje. Zoiets lukt dan wel zonder rolstoel. Bijna zat de dag er op.

Na het eten (met rosé voor Sandra) een mok koffie en toen ging Sandra naar huis. De kinderen trokken ook aan hun stutten. Alleen. Schaamteloos stortte ik in. Wat een dag.

De rekening kwam vandaag. Tot overmaat van ramp had ik ook weer bijna niet geslapen. Wat is dat toch met dat slapen? Ik was bekaf gisteravond. Vandaar dat ik het vandaag lekker rustig aan heb gedaan. We waren maar met zijn tweetjes voor het eten. Niet koken. Iris haalde maar een kant en klaar maaltijd. Onder het wakend oog van Rita maakte ik nog wel wat loempiaatjes met pittig gehakt.

En nu regent het. De dag zit erop. En ik voel me alsof ik hartstikke verbrand ben. In het echt heb ik gewoon een lekker kleurtje. $%#@-amiodaron!

 

Vrijdag 25 april 2008

U heeft donderdag hier gemist? Dan bent u niet de enige. Zelf heb ik de 24e ook gemist. Totaal dwars door alles heen geslapen. In de ochtend was ik nog wel tamelijk wakker maar mijn middagslaapje ontaarde in een langdurig verblijf te dromenland dat tot vanochtend duurde. En om nou te zeggen dat ik vandaag erg helder was? Dat gaat te ver.

Buiten zitten was in weerwil van het lonkende zonnetje geen optie. Brrr… frisjes. Voordeel van een dagje doorslapen was wel dat ik twee kranten had om te lezen. Oud nieuws? Ach, alles is oud nieuws. Zodra iets in de krant staat is het allang gebeurd. Toch?

Net toen ik me heel zielig en alleen begon te voelen kreeg ik een SMS-je. Het was van Wies die aankondigde ‘s middags langs te komen. Kijk, dat fleurt me dan weer op. Heel erg aanspreekbaar was ik niet (zo voelde ik me ook niet) maar het gezalschap deed me goed.

Toen Wies weg was, stortte ik me op het eten. Patat. Nee, dat is lekker gezond. Beetje gemiste kans. Ach, af en toe een (bijna) kaal patatje kan ook geen kwaad.

Veel meeer is er niet te melden over mijn bestaan. Het is vrijdagavond. Op het randje van het weekend. Volgende week ga ik lekker naar Caroline. Heb ik ook weer even vakantie.

 

Zaterdag 26 april 2008

Om 6 uur vanmorgen had ik de eerste koppen in mijn ochtendblad al gesneld. Ja, je leest het goed! Ik was lekker vroeg uit de veren. Niet geheel uit eigener beweging moet ik er bij vermelden. Zoals me wel vaker overkomt, kon ik de slaap vatten vannacht. dat beloofde weer een dag vechten om wakker te blijven.
Maar dan wel een mooie dag volgens zowel Peter T. als Piet P. Zoals he zich vanmorgen echter aan liet zien moest er dan nog wel een hoop gebeuren met het weer.

Nou ja, goed, dat zou wel goed komen. Mijn korte broek lag al klaar. Ik was gedoucht (niet dat ik daar nou van opknapte) dus ik was klaar om alles maar op me af te laten komen. Lekker alles; ik heb Jenneke gebeld of ze mijn rug wilde komen insmeren, Wilma belde mij maar kwam ook niet smeren. Teleurstellend hoor dames.
Dat was bijna alles. Riet van de wijkverpleging kwam me verblijden met een tuintafel en 4 stoelen. Nu kan (bijna) iedereen bij me in de tuin zitten en weet ik weer waar ik mijn glas neer moet zetten zonder dat het ongedierte in de tuin er mee vandoor gaat.

Inmiddels was de dag al aardig gevorderd en speelden de wolken stuivertje wisselen met stukken blauwe lucht. Ik was nog wakker en kon ruiken dat het de eerste echte mooie zaterdag was. Rondom mij werden de barbeque’s in zoveel mogelijk brand gestoken. Het blok vergeven van de lucht van zwartgeblakerde worstevelletjes. Tja, de eerste keer vraagt toch altijd weer even gewenning.
Wat dat betreft is barbequeën net sex. Als je het een tijd niet gedaan hebt gaat het na de winterstop de eerste keer ook veel te snel. Een broodje is ook lekker.

De zon is nu echt achter de einder verdwenen en op de buis is een herhaling van CSI. Nog snel deze woorden getypt en dan mag ik instorten van mezelf. Ik hoop dat ik vannacht slapend doorbreng.